Waarom dit boek?

Waarom dit boek?

Proper & Van den Eynden leggen uit.Waarom dit boek?
Hij: Waarom niet?
Zij: Doe niet zo vijandig.
Hij: Ik vind het een rare vraag. We hadden net zo goed een ander boek kunnen schrijven.
Zij: Helemaal niet.
Hij: Nee?
Zij: Nee.
Hij: Oh.
Zij: We liepen allebei al langere tijd rond het met het idee iets met internet te doen. En daarmee lag die thematiek voor de hand toen we aan dit boek begonnen.

Waarom dan internet? Wat is daar zo speciaal aan?
Zij: Het is fascinerend om te zien hoe graag mensen zich online anders voordoen dan ze zijn. Zeker als je bedenkt dat dat veelal dezelfde mensen hechten aan ‘jezelf zijn’. Mensen spelen graag een rol. Spelen dat je een ander bent is blijkbaar veiliger dan jezelf blootgeven. Maar het kan heel link zijn.
Hij: Ik vind vooral boeiend om te zien hoe mensen alles over zichzelf op straat gooien. In Groot-Brittannië is een leuk onderzoekje gedaan. 24% van de respondenten zet de naam van zijn school online,  maar als een wildvreemde opbelt voor een enquête of zoiets, dan is slechts 1% bereid de naam te verklappen. Geboorteplaats idem: staat op 18% van de profiel pagina’s, aan de telefoon wil maar 3% zijn geboorteplaats verklappen.
Zij: Het is blijkbaar ingewikkeld voor te stellen dat de gegevens die je thuis op je eigen computer intikt overal te zien zijn.
Hij: Objectpermanentie.
Zij: Aan de telefoon heb je een ander probleem…
Hij: Dan horen ze een stem erbij.
Zij: Precies: een mens, die neem je niet zomaar in vertrouwen. Nu ja, daarom dus; laat twee mensen op internet met elkaar in contact treden en er vrijwel gelijk spanning.
Hij: Het is overigens een misvatting te denken dat het boek over internet gaat. Er wordt ook een hoop gebeld in het boek, maar het gaat niet over telefoons.
Zij: Klopt: het gaat over mensen. En relaties.

Myrthe – de hoofdpersoon – is een dierenarts. Zijn jullie dierenliefhebbers?
Zij: Nee.
Hij: Ik zou wel een poes willen. Ik ben een poezenmens.
Zij: Ik ben allergisch.
Hij: Een gelegenheidsexcuus.
Zij: Maar wel een goed excuus.
Hij: Enfin, wil je nog iets weten over die dierenarts?
Zij: Myrthe is een ambitieuze dierenarts. Ze zoekt de goedkeuring van haar vader die veearts is, in het oosten van Nederland.
Hij: Het is een misvatting te denken dat Myrthe dierenarts is met een reden. Het is associatiever dan dat. Als je het verhaal aan het plotten bent dan hebben je personages een beroep nodig – als het verhaal daarom vraagt, tenminste.
Zij: Ja. Je  laat wat beroepen de revue passeren en bij de gedachte aan een dierenarts wisten we gelijk dat het klopte. Slimme vrouw, kan analytisch denken…
Hij: … kan tegen bloed. Ook niet onbelangrijk in een thriller.

Myrthe krijgt het – behalve met haar internetstalker  – ook aan de stok met een aantal veeboeren. Zijn jullie vegetariërs?
Zij: Integendeel. Ik ben gek op vlees.
Hij: Als je dieren wilt eten, dan liggen de belangen van jou en het dier dichter bij elkaar dan je op het eerste gezicht zou denken.
Zij: Als vleeseter…
Hij: Geldt ook voor groente of vis, trouwens.
Zij: Inderdaad. Als vleeseter dus…
Hij: Of tofuliefhebber.
Zij: Als consument wil je natuurlijk dat je eten gezond en smaakvol is. De beste garantie daarop krijg je als er goed voor de dieren…
Hij: Of planten.
Zij: Houd je nu op?
Hij: Sorry.
Zij: Als er goed voor gezorgd wordt, dus.
Hij: Dat is dus een ander belang dan dat van de boeren, groothandel, vleesverwerkende industrie en winkeliers. Die kijken uiteindelijk in de eerste plaats naar winstmarge en niet naar dierenwelzijn. Pas het het dierenwelzijn de marge onder druk zet, wordt het interessant.

Dus eigenlijk is jullie boek een politiek pamflet?

Zij: Ehh? Is dat zo?
Hij: Ben je gek. Het is bedoeld om lezers de stuipen op het lijf te jagen.
Zij: En aan het lachen te maken.